Wil je levensmiddelen exporteren naar het Verenigd Koninkrijk (VK)? Dan heb je te maken met nieuwe regels. Deze zijn vastgelegd in het Border Operating Model (BOM). De Britse overheid wil de nieuwe importregels in drie fasen introduceren. Fase 1 en 2 zijn ondertussen in werking getreden. Fase 3, welke voorzien was voor juli 2022, is uitgesteld. Dit heeft momenteel geen invloed op de huidige regels welke gelden vanuit fase 1 en 2. Met welke data en regels moet je rekening houden? En waar vind je aanvullende informatie per productgroep? Je leest het in dit artikel.
De volgende drie fasen zijn opgenomen in het Border Operating Model:
In april 2022 besloot de Britse regering fase 3 niet tot uitvoering te brengen. In plaats daarvan is er samen met de industrie gewerkt aan een nieuw model. Dit nieuwe ‘Border Target Operating Model’ (TOM) is opgesteld in de vorm van een ‘Draft for Feedback’ voor de stakeholders. Het termijn voor feedback liep tot mei 2023. Vanuit de draft en de feedback zal het definitieve plan opgesteld worden welke van toepassing gaat zijn op invoer uit alle landen in GB. In dit plan wordt aangegeven dat men probeert een evenwicht te vinden tussen noodzaak en efficiëntie van grenscontroles en het ondersteunen van bedrijven met zo eenvoudig mogelijke importprocessen. Alle maatregelen worden genomen, rekening houdend met het streven om ’s werelds meest effectieve grenscontroles te hebben tegen 2025 (2025 UK border strategy). Digitalisering zal hier een grote rol gaan spelen.
De verschillende voorgestelde fases van dit Border Target Operating Model zijn:
Informatie over de grenscontroles worden rond de invoeringsdata bekendgemaakt op de NVWA-website en de website van de Britse overheid.
Houd steeds rekening met de mogelijke aanvullingen die binnenkort ingevoerd zullen gaan worden in het kader van de ‘Border Target Operating Model’ oftewel de hernieuwde fase 3.
Voorbeelden van samengestelde producten zijn lasagne, pizza tonijn of crème likeur. Ook in deze productgroep is een aantal producten uitgesloten van prenotificatie en het gezondheidscertificaat. De producten moeten wel via een grenscontrolepost (BCP) het VK binnenkomen en voorzien zijn van een commercieel document.
Het stappenplan voor het aanvragen van exportcertificaten voor producten van dierlijke oorsprong is te vinden op de website van de NVWA en Flanders trade en FAVV.
Verpakkingshout (pallets, houten kratten, kisten, etc.) moet sinds 1 januari 2021 voldoen aan de internationale standaard ISPM 15 ‘Guidelines for regulating wood packaging material in international trade’. Verpakkingshout dient bij import behandeld en gemarkeerd te zijn conform ISPM 15. Hiermee wordt de introductie van schadelijke organismen (zoals de Aziatische boktor) zoveel mogelijk voorkomen.
In verordening (EU) nr. 1169/2011 is vastgelegd welke voedselinformatie verplicht vermeld moet worden op etiketten van levensmiddelen. Alcoholische dranken moeten hier ook aan voldoen. Echter zijn niet alle verplichtingen van toepassing op alcoholische dranken. Daarnaast zijn er nog andere wetten waar je mee te maken kan hebben. Wat moet je verplicht vermelden op een etiket van een alcoholische drank?
Voor dranken met een alcoholpercentage van meer dan 1,2% moet het effectieve alcoholvolumegehalte worden vermeld. Deze vermelding moet in hetzelfde gezichtsveld worden geplaatst als de benaming en de netto-hoeveelheid.
Het gehalte moet worden aangegeven door een cijfer met ten hoogste 1 decimaal, gevolgd door “% vol.” Het woord “alcohol” of de afkorting “alc.” mag ervoor worden vermeld. Bijvoorbeeld: alcohol 4,5% vol.
Het alcoholgehalte wordt bepaald bij 20⁰ Celsius. De toleranties die bij de vermelding van het alcoholgehalte zijn toegelaten, zijn opgenomen in bijlage XII van Verordening (EU) Nr. 1169/2011.
Naast het alcoholpercentage, wordt in artikel 9 van verordening (EU) nr. 1169/2011 aangegeven welke vermeldingen verplicht zijn. Bijvoorbeeld de benaming, allergenen en de netto-hoeveelheid. In sommige gevallen mogen deze verplichte vermeldingen worden weggelaten (artikel 16). Zo is voor dranken met een alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2% het vermelden van de voedingswaarde en ingrediënten niet verplicht. Per 8 december 2023 is er een uitzondering op deze regel voor wijn. Lees meer over de nieuwe eisen in artikel: Nieuwe eisen etiketten wijn per 8 december 2023 van kracht.
Voor dranken met een alcoholgehalte van 10 of meer volumeprocent, is de vermelding van de datum van minimale houdbaarheid niet vereist. Voor dranken met minder dan 10 procent alcohol is dit wel verplicht.
Het vermelden van het zwangerschapslogo is geen wettelijke verplichting. De alcoholbranche stimuleert het toepassen hiervan wel.
Naast verordening (EU) nr. 1169/2011, kun je bij de etikettering van alcoholische dranken te maken krijgen met verschillende andere wetten.
In het Warenwetbesluit Gereserveerde aanduidingen zijn een aantal beschermde productaanduidingen vastgelegd. Zo is vastgesteld waaraan bier moet voldoen om de aanduiding bier te mogen gebruiken. Ook zijn er eisen gesteld aan bijvoorbeeld de aanduidingen alcoholvrij bier, alcoholarm bier, oud bruin, pils, bok of bock, vruchtenwijn, korenwijn, advocaat, vieux, brandewijn en likorette.
In verordening (EU) Nr. 1308/2013 en verordening (EU) 2019/33 zijn eisen vastgesteld met betrekking tot de productie en in de handel brengen van wijn. Hierin staan ook eisen aan de etikettering en presentatie.
In Verordening (EU) 2019/787 worden regels worden regels vastgesteld voor de definitie, de aanduiding, de presentatie en de etikettering van gedistilleerde dranken. Hieronder vallen bijvoorbeeld rum, whisky en wodka. Ook worden er in de verordening eisen vastgesteld voor de bescherming van de geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken.
In Verordening (EG) 1924/2006 is bepaald dat dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1,2% niet voorzien mogen zijn van gezondheidsclaims. Voedingsclaims zijn alleen toegestaan als deze verwijzen naar een laag of verlaagd alcoholgehalte of naar een verlaagde energetische waarde.
In 2019 heeft de Europese gedistilleerd sector een ‘Memorandum of Understanding’ over de etikettering van sterke dranken aangeboden aan de Europese Commissie. Ze verklaren dat zij in de komende jaren de hoeveelheid energie (kJ/ kcal) en ingrediënten zullen gaan vermelden op de etiketten. Ook de bierindustrie heeft een Memorandum of Understanding ondertekend, waarbij ze verklaren dat in 2022 op alle bierflessen- en blikjes de energie-inhoud en ingrediënten worden vermeld.
In 2021 publiceert de Europese Commissie het Europees Kankerbestrijdingsplan. De Europese Commissie wil een verplichte vermelding van de ingrediënten en de voedingswaarde op etiketten van alcoholhoudende dranken vóór eind 2022 en gezondheidsinformatie en -waarschuwingen op etiketten vóór eind 2023. Dit is pas echt verplicht als het in de wetgeving is opgenomen, wat nu nog niet het geval is.
Heb je vragen over etiketteren of wil je jouw etiket laten controleren? Onze Labelling Specialisten helpen je graag. Neem contact met ons op.
Als eerste op de hoogte zijn van de nieuwste kennisartikelen? Volg onze LinkedInpagina
Ieder levensmiddel moet een voedingswaardevermelding hebben. De wettelijke verplichting staat beschreven bij de verplichte vermeldingen in artikel 9 van Verordening (EU) Nr. 1169/2011. Aan welke eisen deze benaming moet voldoen staat uitgelegd in artikel 29 en verder.
Door middel van de voedingswaardevermelding krijgt de consument informatie over de aanwezigheid van energie en bepaalde nutriënten in het levensmiddel. De verplichte verstrekking van voedingswaarde-informatie op de verpakking moet maatregelen op het gebied van voeding ondersteunen als onderdeel van het nationale volksgezondheidsbeleid, in het kader waarvan onder meer wetenschappelijke aanbevelingen kunnen worden uitgevaardigd voor de voedingseducatie van het grote publiek, en het maken van doordachte voedselkeuzes bevorderen. Bijvoorbeeld door de invoering van een voedselkeuzelogo als Nutri-Score.
De eisen aan de verplichte voedingswaarde vermelding staat uitgewerkt in artikel 29 tot en met 35 van Verordening (EU) Nr. 1169/2011.
Er gelden onder andere de volgende eisen:
Niet toegestaan:
Energie .. kJ/.. kcal
Vetten, waarvan .. g
– verzadigde vetzuren .. g
– enkelvoudig onverzadigde vetzuren .. g
– meervoudig onverzadigde vetzuren .. g
Koolhydraten, waarvan .. g
– suikers .. g
– polyolen .. g
– zetmeel .. g
Vezels .. g
Eiwitten .. g
Zout .. g
Vitaminen en mineralen .. mg of .. µg en als % dagelijkse RI (bijlage XIII, deel A)
Het is wettelijk vastgesteld in welke eenheden de hoeveelheden moeten zijn uitgedrukt. Deze moeten per 100 g of 100 ml aangegeven staan op de verpakking. Hoe de getallen moeten worden afgerond, is niet wettelijk vastgesteld. Hier kan wel de leidraad van de Europese unie voor gebruikt worden.
Het vermelden van de hoeveelheden per portie en van het percentage van de referentie-inname is vrijwillig, maar moet wel voldoen aan wettelijk vastgestelde voorwaarden. Dit geldt ook voor herhaling van de voedingswaarden in het hoofdgezichtsveld. Je kunt de regels hierover terugvinden in artikel 30, 32 en 33.
Er zijn een aantal manieren om de voedingswaarde te bepalen. De voedingswaarde zijn gemiddelde waarden die gebaseerd zijn op:
Bij berekening van de hoeveelheid zout wordt uitgegaan van de formule: zout= natrium x 2,5. Alle natrium uit alle ingrediënten moeten meegeteld worden in de berekening (bv natriumsaccharinaat, natriumascorbaat, etc.).
De energetische waarde wordt berekend met de omrekeningsfactoren vermeld in bijlage XIV.
Als gevolg van natuurlijke schommelingen zal het product nooit exact de voedingswaarden hebben zoals vermeld op het etiket. De vermelde gehaltes mogen niet zoveel afwijken dat de consument zouden kunnen worden misleid. Bij heterogene producten en seizoensgebonden producten is het daarom belangrijk om de product variatie te kennen en in de gaten te houden.
Voor de bevoegde autoriteiten is een leidraad opgesteld voor het vaststellen van toleranties voor voedingswaarden die op een etiket worden vermeld: de ‘Leidraad voor de bevoegde autoriteiten ten behoeve van de controle op de naleving van de EU-wetgeving inzake Verordening (EU) nr. 1169/2011 met betrekking tot het vaststellen van toleranties voor voedingswaarden die op een etiket worden vermeld’.
Toleranties naar boven en beneden zijn toegestaan blijkt uit de leidraad. De meetonzekerheid van de analysemethoden gebruikt door Normec voor de het Big8 pakket vallen ruimschoots binnen de toegelaten afwijking die er mag zijn volgens de Leidraad.
Indien een claim wordt gemaakt, zal aan de eis van die claim moeten worden voldaan tot en met einde houdbaarheidstermijn. In het geval van vitaminen en mineralen zal daarnaast minimaal de significante hoeveelheid aanwezig moeten zijn. Alleen dan mag de waarde op het etiket vermeld worden en kan een claim gemaakt worden. In tabel 4 van de leidraad zijn ook richtsnoeren gegeven voor de afronding van voedingswaarden.
Voedingswaarde-etikettering is niet voor alle levensmiddelen verplicht. De uitzonderingen op deze regel, de producten waarop geen voedingswaarden hoeven te worden vermeld, staan bijlage V. Voorbeelden van dergelijke producten zijn onverwerkte groenten en fruit, zout, suiker, kauwgom, gefermenteerde azijn en gist.
Voor dranken met een alcoholvolumegehalte van meer dan 1,2% is het niet verplicht de voedingswaarde te vermelden. Per 8 december is er op deze regel een uitzondering voor wijn. Lees meer deze eisen in volgend artikel: Nieuwe eisen etiketten wijn per 8 december 2023 van kracht.
Levensmiddelen met verpakkingen waarvan de grootste oppervlakte kleiner is dan 25 cm².
Indien op het etiket van een product een claim is vermeld, is de voedingswaardevermelding wel verplicht.
Nutri-Score is het vrijwillige voedsellogo dat is opgesteld om consumenten te helpen gezondere keuzes te maken. Het logo is in sommige landen binnen de EU al officieel ingevoerd. In België wordt het logo reeds geruime tijd toegepast terwijl in Nederland enkel nog maar wordt uitgeprobeerd op kleine schaal. Het is in Nederland nog niet officieel ingevoerd, omdat de berekeningen van Nutri-Score onvoldoende in lijn zijn met aanbevelingen uit Richtlijnen Goede Voeding en de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum.
Nutri-Score beoordeelt producten op samenstelling door deze te vergelijken met andere producten binnen dezelfde productgroep. Het logo van Nutri-score bestaat uit een schaal van vijf kleuren en letters; van groen (A) tot en met rood (E).
Een product krijgt een score A voor de meest gezonde keuze binnen een productgroep (donkergroen) tot score E voor de minst gezonde keuze (rood). Er worden punten toegekend aan ‘gunstige’ bestanddelen in het levensmiddel: eiwitten, vezels, groente, fruit, peulvruchten en noten en aan de ‘ongunstige’ bestanddelen: calorieën, suikers, natrium en verzadigde vetzuren. Nutri-score houdt geen rekening met portiegrootte.
Frankrijk, Nederland, België, Duitsland, Luxemburg, Spanje en Zwitserland hebben samen een internationale stuurgroep en een internationaal wetenschappelijk comité opgericht om de toepassing van de Nutri-score in deze landen mogelijk te maken. De stuurgroep coördineert de realisatie van Nutri-Score in de verschillende landen. Het wetenschappelijk comité onderzoekt of en hoe aanpassingen in de manier van berekenen van de score (het algoritme) ervoor kunnen zorgen dat het beter aansluit bij de voedingsrichtlijnen van deze landen. In juni 2022 werd een aangepast algoritme voor de berekening van de Nutri-score voor levensmiddelen gepubliceerd. In maart 2023 volgde de publicatie van een aangepast algoritme voor dranken.
De landen die Nutri-Score al hebben geïmplementeerd, zullen hun nationale procedure opstarten om het vernieuwde algoritme formeel in te voeren. Om consistentie tussen de verschillende landen te waarborgen, zijn de landen overeengekomen om het nieuwe algoritme gecoördineerd te implementeren, zodra de aanpassing van de regelgeving in de landen eind 2023 zijn afgerond. Daarna start een periode van twee jaar waarin de marktpartijen de Nutri-Score op hun producten kunnen aanpassen. Daarnaast zullen de betrokken landen nog voor de zomer van 2023 een aangepaste Excel-berekeningssheet ter beschikking stellen.
Op 26 juli 2022 is er door de internationale stuurgroep Nutri-Score een Engelstalige publicatie uitgegeven met een update voor het algoritme in een aantal categorieën. Op basis van dit document is door de Gezondheidsraad een advies uitgebracht.
De Gezondheidsraad concludeert in haar advies dat Nutri-Score een meerwaarde heeft naast de bestaande voedingsvoorlichting. Het logo helpt consumenten om producten makkelijk met elkaar te vergelijken. Het is wel essentieel dat het algoritme wordt aangepast en de verschillen waarbij het niet goed aansluit op de voedingsaanbevelingen worden opgelost. Verder is goede uitleg van Nutri-Score belangrijk. Een gezond voedingspatroon is namelijk meer dan alleen het nuttigen van producten met een Nutri-Score A of B.
Staatssecretaris Maarten van Ooijen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft het advies van de Gezondheidsraad gedeeld met de Tweede Kamer. Het advies van de Gezondheidsraad werd meegenomen bij de besluitvorming over wettelijke invoering van Nutri-Score in Nederland. Vanaf 01 januari 2024 mogen producenten in Nederland het nutri-score logo plaatsen op de verpakkingen.
Nutri-Score wordt niet verplicht. Als een voedselproducent Nutri-Score op zijn producten zet, dan moet hij op al zijn producten het logo plaatsen. Het is niet mogelijk voor een producent om Nutri-Score op slechts een deel van het productaanbod te plaatsen. Andere voedselkeuzelogo’s over gezonde voeding mogen Nederlandse producenten niet op Nederlandse verpakkingen plaatsen.
In België is toepassing van de Nutri-score geregeld in K.B. VAN 1 MAART 2019 BETREFFENDE HET GEBRUIK VAN HET LOGO “NUTRI-SCORE”. Meer info over toepassen van de Nutri-score in België kan je terugvinden op de website van FOD volksgezondheid: Nutri-Score voor professionals
Exporteer je producten naar de United States? Dan is het belangrijk dat niet enkel de producten maar ook de gebruikte verpakkingsmaterialen voldoen aan de eisen gesteld door FDA (U.S. Food and Drug Administration). In dit artikel lichten we toe aan welke eisen voedselcontactmateriaal moet voldoen volgens de FDA.
Of materiaal in contact mag komen met levensmiddelen is door de FDA over het algemeen bepaald door de specifieke regelgeving aangaande de afzonderlijke stoffen waaruit het voorwerp bestaat. De individuele stof moet onder één van de volgende zaken vallen:
Houd er rekening mee dat een FCN specifiek is voor de combinatie van (1) de fabrikant, (2) de stof die in contact komt met levensmiddelen (FCS) en (3) de gebruiksvoorwaarden die in de kennisgeving worden vermeld. Het is dus niet geldig voor een vergelijkbare of identieke stof die wordt geproduceerd of bereid door een andere fabrikant. FCN’s zijn daarom eigendom van de fabrikant.
Wanneer een product wordt geverifieerd of her-beoordeeld, moet elke autorisatie uit drie delen bestaan: de identiteit van de stof, specificaties inclusief zuiverheid of fysische eigenschappen en beperkingen op de gebruiksvoorwaarden.
Een garantieverklaring (letter of guarantee) kan aan de fabrikant gevraagd worden. Hierin wordt verklaard dat een bepaald product aanvaardbaar is voor het beoogde gebruik in contact met levensmiddelen.
De onderstaande paragrafen zijn bedoeld om daarbij te helpen. Met de links in elke sectie kun je elk onderdeel onderzoeken op autorisatiecategorie:
21 CFR 174-179 raadpleeg je om te zien of het gebruik van het bestanddeel een correct gereguleerd indirect additief is. Componenten van een voedselverpakkingsmateriaal dat wordt gebruikt in overeenstemming met een verordening in 21 CFR (174-179) behoeven geen verdere FDA-beoordeling. De meeste gereguleerde indirecte levensmiddelenadditieven zijn te vinden in de “Indirect Additive”-database van CFSAN.
21 CFR 182-186 en de lijst met GRAS-kennisgevingen raadpleeg je om te zien of het gebruik van het onderdeel algemeen erkend is als veilig (GRAS).
“GRAS” staat voor ‘algemeen erkend als veilig’. Elke stof die opzettelijk aan voedsel wordt toegevoegd is voor de FDA een levensmiddelenadditief, dat moet worden beoordeeld en goedgekeurd door de FDA voordat het op de markt wordt gebracht, tenzij de stof door gekwalificeerde deskundigen algemeen wordt erkend als zijnde veilig onder de voorwaarden van het beoogde gebruik, of tenzij het gebruik van de stof anderszins is uitgezonderd van de definitie van een levensmiddelenadditief.
Niet alle stoffen die GRAS zijn, worden vermeld in de FDA-voorschriften. De FDA heeft een procedure ingesteld waarbij iemand de FDA kan informeren over zijn eigen GRAS-bepaling.
21 CFR 181 raadpleeg je om te zien of het gebruik van het onderdeel vooraf is goedgekeurd. Eerder goedgekeurde stoffen zijn stoffen waarvan het gebruik in contact met voedsel het onderwerp is van een brief van de FDA of USDA vóór 1958 waarin geen bezwaar wordt gemaakt tegen een specifiek gebruik van een specifieke stof.
Raadpleeg de lijst met vrijstellingen voor drempelwaarden om te controleren of het bestanddeel is vrijgesteld van een petitie of een FCN als levensmiddelenadditief, omdat het een bestanddeel van voedsel wordt op niveaus die onder de drempel van de regelgeving liggen. Een stof die wordt gebruikt in een artikel dat in contact komt met levensmiddelen, kan door de FDA worden vrijgesteld van de noodzaak van een FCN of een petitie (verordening) als voedseladditief indien is aangetoond dat het gebruik in kwestie resulteert in een zeer lage concentratie (0,5 ppb). Zie “Verzoeken indienen onder 21 CFR 170.39 Threshold of Regulation for Substances Used in Food Contact Articles” voor meer informatie.
Raadpleeg de lijst met effectieve kennisgevingen voor stoffen die in contact komen met levensmiddelen. De lijst met effectieve kennisgevingen van stoffen die in contact komen met levensmiddelen, de verordening, begeleidende documenten en aanvullende informatie over het kennisgevingsprogramma staan vermeld op de webpagina over stoffen die in contact komen met levensmiddelen. Houd er rekening mee dat FCN’s eigendom zijn en dat gebruikers de stof die ze gebruiken moeten kunnen traceren tot de fabrikant waarvoor de melding van kracht is.
Als een onderdeel van het artikel dat in contact komt met voedsel niet valt onder één van de bovenstaande categorieën zijn er de volgende opties:
Soms willen personen controleren of de componenten van een bepaald voedselcontactmateriaal voldoen aan de voorschriften. In dergelijke gevallen kunnen zij een kennisgeving indienen voor een formulering van een stof die in contact komt met levensmiddelen. Het doel van een formuleringskennisgeving is om te verifiëren dat componenten van een materiaal dat in contact komt met levensmiddelen legaal mogen worden gebruikt en niet om een nieuwe stof die in contact komt met levensmiddelen toe te laten. Omdat deze kennisgevingen bedoeld zijn voor wettelijke status en niet voor veiligheidsbeoordelingen, vereisen kennisgevingen voor formuleringen niet dat de informatie ter ondersteuning van de veiligheid van het beoogde gebruik van elke stof in de formulering die met voedsel in contact komt, opnieuw moet worden ingediend. Een kennisgever van een formulering hoeft alleen een ingevuld FDA-formulier 3479 en eventuele aanvullende documentatie in te dienen om vast te stellen dat elk van de componenten van de formulering is goedgekeurd voor het beoogde gebruik. In gevallen waarin de basis voor naleving van een individuele FCS in een formulering een effectieve kennisgeving is, dient een kennisgever van de formulering vast te stellen dat hij kan vertrouwen op de vermelde kennisgeving voor het beoogde gebruik van de FCS in de formulering.
Om als foodbedrijf – voor mens en dier – te exporteren naar de United States heb je te maken met aanvullende regelgeving. In dit blog lees je hoe je voldoet aan de FDA/FSMA regelgeving.
Als je met voedingsmiddelen werkt, heb je vast weleens van de term HACCP gehoord. In deze blog lees je wat een HACCP cursus is en waarom het belangrijk is om deze te volgen. Ook lees je uit welke trainingsvormen en soorten HACCP cursussen je kunt kiezen.
HACCP (Hazard Analysis and Critical Control Points) is een voedselveiligheidssysteem. Bedrijven die voedsel bereiden, bewerken en/of verkopen zijn wettelijk verplicht om te werken volgens de HACCP richtlijnen. Dit betekent dat je voedselveilige producten levert aan je afnemers. Voor elke fase in de productie analiseer (Analysis) je als bedrijf vast wat de gevaren (Hazards) zijn en wat er dus fout kan gaan. En hoe je kunt voorkomen dat deze gevaren zich voordoen (Critical Control Points). Bedrijven kunnen zelf een HACCP-plan maken of bijvoorbeeld werken volgens een goedgekeurde gids. In Nederland zijn dit door de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) goedgekeurde Hygiënecodes. Belgische bedrijven zijn verplicht een autocontrole systeem te implementeren. Voor diverse sectoren zijn door het FAVV goedgekeurde Autocontrole gidsen beschikbaar.
Tijdens een HACCP cursus leer je alle belangrijke zaken rondom HACCP. Je leert hoe je voedselveilig kunt werken en waar je op moet letten. Ook leer je welke verschillende soorten gevaren er zijn en hoe je kunt voorkomen dat deze gevaren zich voordoen. Hierbij wordt niet alleen ingegaan op onopzettelijke besmetting van producten, maar ook op moedwillige besmetting van producten.
Hoewel veel voedingsmiddelen tegenwoordig machinaal worden geproduceerd, blijft de invloed van medewerkers op de voedselveiligheid van producten aanzienlijk. Door onjuiste opvolging van HACCP richtlijnen liggen voedselveiligheidsgevaren op de loer. Denk bijvoorbeeld aan het onvoldoende wassen van handen of onjuist schoonmaken van de productielijn. Een besmetting met bacteriën zoals Listeria monocytogenes kan een groot gevaar voor de volksgezondheid tot gevolg hebben. Om voedselveilige producten te leveren aan afnemers of consumenten is het daarom van groot belang dat iedere medewerker van je bedrijf de HACCP regels goed kent en opvolgt. Zorg dus voor een passende HACCP cursus en herhaal deze regelmatig.
HACCP cursussen zijn er in allerlei trainingsvormen. We hebben de meest voorkomende trainingsvormen en de verschillen ertussen voor je op een rij gezet:
HACCP cursussen zijn voor ieder niveau beschikbaar. Nieuwe medewerkers wil je bijvoorbeeld een basistraining laten volgen over HACCP en vaste medewerkers een verdiepende training. Wil je meer verdieping voor je kwaliteitsafdeling? Dan zijn de trainingen HACCP-teamleider en HACCP-methodiek een mooie optie. Zie onderstaand een aantal voorbeelden van HACCP cursussen.
Welke HACCP cursus je het beste kunt kiezen, is volledig afhankelijk van de behoeften binnen je bedrijf en de trainingsmogelijkheden die je hebt binnen je bedrijf. Om dit beter in beeld te krijgen, zijn onder andere de volgende vragen relevant.
In de voedingsmiddelen sector heb je regelmatig te maken met audits en inspecties. Bijvoorbeeld vanuit de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit), FAVV (Belgisch Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen), retail organisaties of vanuit certificerende instellingen voor het behalen van het BRCGS, IFS of FSSC 22000 certificaat. Tijdens deze audits en inspecties moet je kunnen aantonen dat medewerkers getraind zijn. Dit realiseer je door zelf een (digitale) map bij te houden van alle gevolgde trainingen per medewerker en de behaalde resultaten. Ook moet aantoonbaar zijn wat de inhoud van de training is geweest. Wil je dit eenvoudig en automatisch inzichtelijk hebben? Dan is een online opleidingsplan de ideale oplossing voor jou.
Waar de trainingsbehoeften binnen jouw bedrijf ook liggen, wij bieden voor iedere situatie een passende trainingsoplossing. Plan onderstaand je HACCP cursus. Wil je de HACCP cursus online laten volgen? We beschikken over complete deskundige E-learning trainingen in iedere gewenste taal die je direct kunt aanschaffen. Ook ontwerpen we uitgebreide praktijkgerichte E-learning trainingen op maat. Wil je ook het gedrag van medewerkers trainen en ga je voor een optimaal resultaat op de werkvloer? Dan zijn klassikale trainingen of complete blended learning trajecten echt iets voor jouw bedrijf. Mogen wij je helpen om snel de gewenste HACCP cursus te vinden? Bekijk ons trainingsaanbod of neem vrijblijvend contact met ons op. Normec Foodcare is lid van het keurmerk Nederlandse Raad van Training en Opleiding (NRTO). In België kunnen opleidingen aangeboden worden met Alimento subsidies.
Datum:
11 Oktober 2023Training:
Training kwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
30 Oktober 2023Training:
Workshop Introduction food safety / HACCP and Hygiene (English) (level 2)Tijdsduur:
3.5 uurPrijs:
€385Datum:
17 November 2023Training:
Training HACCP methodiek gevorderd (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€490Datum:
27 November 2023Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
27 November 2023Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
27 November 2023Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
10 Januari 2024Training:
Blended training BasisvoedselveiligheidTijdsduur:
3 uurPrijs:
€385Datum:
24 Januari 2024Training:
Workshop beheersing VACCPTijdsduur:
4 uurPrijs:
€435Datum:
26 Januari 2024Training:
Blended training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
30 Januari 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
30 Januari 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
30 Januari 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
1 Februari 2024Training:
Blended training Food DefenseTijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
27 Februari 2024Training:
Workshop Introduction food safety / HACCP and Hygiene (English) (level 2)Tijdsduur:
3.5 uurPrijs:
€385Datum:
27 Februari 2024Training:
Opleiding KwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
25 uurPrijs:
€2099Datum:
6 Maart 2024Training:
Blended training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
26 Maart 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
26 Maart 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
26 Maart 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
2 April 2024Training:
Training HACCP methodiek gevorderd (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€490Datum:
9 April 2024Training:
Opleiding KwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
25 uurPrijs:
€2099Datum:
10 April 2024Training:
Blended training BasisvoedselveiligheidTijdsduur:
3 uurPrijs:
€385Datum:
13 Mei 2024Training:
Blended training BasisvoedselveiligheidTijdsduur:
3 uurPrijs:
€385Datum:
14 Mei 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
14 Mei 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
14 Mei 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
4 Juni 2024Training:
Opleiding KwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
25 uurPrijs:
€2099Datum:
18 Juni 2024Training:
Workshop beheersing VACCPTijdsduur:
4 uurPrijs:
€435Datum:
18 Juni 2024Training:
Workshop Introduction food safety / HACCP and Hygiene (English) (level 2)Tijdsduur:
3.5 uurPrijs:
€385Datum:
21 Juni 2024Training:
Blended training Food DefenseTijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
25 Juni 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
25 Juni 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
25 Juni 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
9 September 2024Training:
Blended training Introductie kwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
4 uurPrijs:
€335Datum:
17 September 2024Training:
Blended training BasisvoedselveiligheidTijdsduur:
3 uurPrijs:
€385Datum:
19 September 2024Training:
Workshop beheersing VACCPTijdsduur:
4 uurPrijs:
€435Datum:
1 Oktober 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
1 Oktober 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
1 Oktober 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
8 Oktober 2024Training:
Opleiding KwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
25 uurPrijs:
€2099Datum:
8 Oktober 2024Training:
Blended training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
15 Oktober 2024Training:
Workshop Introduction food safety / HACCP and Hygiene (English) (level 2)Tijdsduur:
3.5 uurPrijs:
€385Datum:
5 November 2024Training:
Training kwaliteitsmedewerkerTijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
12 November 2024Training:
Blended training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
4 uurPrijs:
€385Datum:
19 November 2024Training:
Training HACCP methodiek gevorderd (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€490Datum:
2 December 2024Training:
Cursus Coördinator voedselveiligheid (level 4)Tijdsduur:
16 uurPrijs:
€875Datum:
2 December 2024Training:
Cursus HACCP-teamleider (level 4)Tijdsduur:
14 uurPrijs:
€875Datum:
2 December 2024Training:
Training HACCP-team (level 3)Tijdsduur:
7 uurPrijs:
€499Datum:
12 December 2024Training:
Blended training BasisvoedselveiligheidTijdsduur:
3 uurPrijs:
€385Tijdens de interactieve e-learning module over hardfruit leer je alles over teelt, verzorging en oogst van deze fruitsoort. Ontdek de wereld van appels en peren en word een expert op het gebied van hardfruit.
Deze e-learning module is bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in hardfruitteelt, zoals agrarische professionals, landbouwstudenten, adviseurs, startende tuinders, voedselproducenten en -verwerkers.
Na het voltooien van deze e-learning module ben jij goed bekend met de teelttechnieken, klimaatbeheersing en oogst- en verpakkingsprocessen van hardfruit. Je kunt deze kennis toepassen om succesvol te zijn in de praktijk.
Ben je toe aan een verdiepingsslag op het gebied van groenten en fruit, bekijk dan eens de Opleiding keurmeester AGF.
Een groot voordeel van online trainingen is dat je deze waar en wanneer je maar wilt, kan volgen. De e-learning module wordt afgesloten met een toets en de deelnemer ontvangt bij goed gevolg een certificaat.
Wil je direct de e-learning module hardfuit volgen of laten volgen door één of enkele medewerkers? Vul dan het formulier in om de De e-learning module aan te schaffen. Je ontvangt een inlogcode per e-mail waarmee je direct toegang hebt tot de E-learning module. Bedrijven kunnen ook op rekening bestellen.
Als je meerdere medewerkers binnen je organisatie wilt trainen, biedt deze e-learning in combinatie met Normec Academy een mooie oplossing.
Met een maatwerk training kun je onbeperkt medewerkers én uitzendkrachten trainen en heb je op ieder moment inzichtelijk welke medewerkers geslaagd zijn voor de training. Neem voor meer informatie contact op met één van onze adviseurs voor een persoonlijk advies, via info@normectraining.com of vul onderstaand contactformulier in.
De Europese Commissie roept in een aanbeveling lidstaten op om de aanwezigheid van PFAS in levensmiddelen te monitoren. De lidstaten wordt gevraagd om tot en met 2025 te testen en de bevindingen door te geven aan de European Food Safety Authority (EFSA). Naast de al vastgestelde maximale limieten voor PFAS in bepaalde levensmiddelen kan op basis van de nieuwe informatie besloten worden of extra limieten nodig zijn.
In 2020 heeft EFSA een risicobeoordeling uitgebracht over de gezondheid van de mens in verband met de aanwezigheid van PFAS in voedsel. De EFSA concludeerde dat sommige delen van de bevolking de toelaatbare wekelijkse inname overschrijden. Uit het onderzoek blijkt ook dat van veel levensmiddelen nog geen representatieve data beschikbaar is over de aanwezigheid van PFAS. De EFSA adviseert daarom om data te verzamelen van een groot aantal PFAS in levensmiddelen. Met name van belang is data van op grote schaal geconsumeerde levensmiddelen die relevant zijn voor de menselijke inname van PFAS. Om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van de hoeveelheid PFAS in voeding wordt geadviseerd om veel verschillende levensmiddelen te onderzoeken, die middels verschillende productiemethodes worden geproduceerd. Ook zouden gegevens moeten worden verzameld uit zowel wel als niet verontreinigde gebieden.
Op basis van deze data kan de blootstelling aan de stoffen worden beoordeeld en kan worden bepaald of aanwezigheid in specifieke producten moet worden gereguleerd. Het advies is om minimaal PFOS, PFOA, PFNA en PFHxS te analyseren, indien mogelijk aangevuld met analyses op PFAS stoffen die hierop lijken.
De EFSA beveelt aan maatregelen te nemen om de gevoeligheid van PFAS analysemethoden te verhogen. Om de concentratie PFAS in bepaalde voedingsmiddelen te bepalen zijn namelijk zeer gevoelige analysemethoden nodig die op dit moment niet bij alle laboratoria beschikbaar zijn. Normec Groen Agro Control is het eerste commerciële laboratorium in Nederland dat PFAS in voedingsmiddelen analyseert onder accreditatie.
Levensmiddelen van dierlijke oorsprong dragen in belangrijke mate bij aan de blootstelling aan de mens. Dieren kunnen besmet worden door de grond, drinkwater of diervoeder. Momenteel is er weinig data bekend over de aanwezigheid van PFAS in diervoeders, mede doordat slechts een beperkt aantal laboratoria onderzoek naar PFAS in diervoeders kan uitvoeren. Het Europees referentielaboratorium helpt met het uitbreiden van de capaciteit.
De totale inname van PFAS via drinkwater en voedsel is volgens het rapport van het RIVM in Nederland en een onderzoek van de overheid in België nu hoger dan de door de EFSA vastgestelde gezondheidskundige grenswaarde. Bij drinkwater wordt de richtwaarde van 4,4 ng PEQ/L (PFOA-equivalenten per liter) bij 6 van de 7 pompstations structureel overschreden.
Het Nederlandse en Belgische drinkwater voldoet wel aan de nieuwe Europese Drinkwaterrichtlijn. De hierboven genoemde drinkwaterrichtwaarde is namelijk gebaseerd op de door de EFSA vastgestelde nieuwe gezondheidskundige grenswaarde. Dit is nog niet het geval bij de maximale limieten voor PFAS in de Europese Drinkwaterrichtlijn. Het is daarom wenselijk het gehalte PFAS in drinkwater verder te verlagen, zodat ook voldaan wordt aan de drinkwaterrichtwaarde van 4,4 ng PEQ/L.
Juist door gebruik van PFAS in diverse branches en de verspreiding ervan in het milieu, is een brede aanpak nodig. In de Kamerbrief van 19 oktober staan diverse maatregelen genoemd:
regio specifieke informatie:
Als levensmiddelenbedrijf moet je voldoen aan de eisen van de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (NVWA). Daar hoort ook een studie naar de houdbaarheid van je kant-en-klare voedselproduct bij. De challenge test is hierbij een onmisbaar onderdeel.
Met een challenge test onderzoekt ons ervaren expertiseteam in hoeverre een micro-organisme in jouw product kan groeien. Zo weet je bijvoorbeeld wat Listeria monocytogenes doet in jouw product bij een besmetting. We komen hier achter door opzettelijk micro-organismen toe te voegen en het daarna te meten.
Bij Normec Foodcare voeren we challenge testen uit volgens het ‘EURL LM document Technical guidance document on challenge tests and durability studies for assessing shelflife of ready to eat foods related to Listeria monocytogenes’, kortweg TGD genoemd. Dit is de Europese leidraad voor challenge testen. Ook wordt gewerkt volgens aanvullende eisen van de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) in Nederland en het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen) in België. Een groot voordeel is dat je met challenge testen meteen voldoet aan de eisen die zijn beschreven in Informatieblad 85.
Aan het begin (dag 0) doen we een meting, net als meerdere momenten tijdens en aan het einde van de houdbaarheid van de test. Zo berekenen we hoe Listeria monocytogenes groeit en stellen we vast of het product als voedingsbodem voor Listeria monocytogenes kan dienen. Als dit het geval is, kan je het resultaat van de challenge test gebruiken om intermediaire grenswaarden vast te stellen om ervoor te zorgen dat de grenswaarde (zoals bij Listeria monocytogenes: 100 kve/g) niet overschreden wordt aan het einde van de houdbaarheidstermijn.
Tijdens de challenge test nemen we ook verschillende parameters mee, waaronder bijvoorbeeld conservering, pH, zout, wateractiviteit en andere micro-organismen als algemeen kiemgetal, gisten en schimmels en melkzuurbacteriën. Hierdoor krijg je een volledig beeld over de groei en/of remming van Listeria monocytogenes.
Met alleen meten van de Listeria monocytogenes ben je er nog niet. Er wordt steeds strenger gekeken naar de onderbouwing van de productiebatches die gebruikt worden in de test. Voordat het levensmiddelenbedrijf een challenge test Listeria laat inzetten bij een laboratorium, moet het bedrijf over relevante informatie beschikken van het te onderzoeken product. Met deze informatie moet je onder andere aantonen dat de producten die onderzocht worden tijdens de challenge test representatief zijn voor de reguliere productiebatches die het bedrijf produceert. Zo wordt gevraagd naar productieprocessen en specifieke productkenmerken (zoals conserveermiddelen, zout, pH, etc.) van het te onderzoeken levensmiddel, inclusief de variabiliteit tussen en binnen productiebatches.
Momenteel worden voorafgaand aan de challenge test Listeria aan de hand van een vooronderzoek minimaal vijf pH en aw metingen gevraagd per batch en dit voor minimaal drie product batches (van verschillende productiedagen). Bij start van de challenge test kan een nieuwe batch afgekeurd worden als de meting op dag 0 niet binnen het 90% bereik van het vooronderzoek valt.
Heb je als kwaliteitsmanager, voedselveiligheidsspecialist, microbioloog, onderzoeker of professional in food te maken met risicomanagement, voedselveiligheid, productkwaliteit, onderzoek of productontwikkeling? Schrijf je dan nu in voor de cursus Listeria. In samenwerking met Wageningen Academy worden in twee dagen verschillende onderwerpen behandeld, waaronder kenmerken en wetgeving, modelling en modelfit, listeriastudies, challenge testen, bemonstering, data en analyses en sequecing. Namens Normec Foodcare zullen Aldo Evers en Roxanne stoel de spreker zijn.
Meld je aanAls je met levensmiddelen werkt, moet je voldoen aan de wettelijke eisen voor voedselveilig werken. Dit doe je met een voedselveiligheidsplan. Maar waar moet je voedselveiligheidsplan aan voldoen en welke keuzes heb je bij het samenstellen van je plan?
Om de kans te verlagen dat consumenten ziek worden of ongemak ondervinden na het eten of drinken van levensmiddelen, moeten levensmiddelenbedrijven (en diervoederbedrijven) voldoen aan de voedselveiligheidseisen die vastgelegd zijn in wet- en regelgeving. Hierin wordt onder andere aangegeven dat bedrijven verplicht zijn om te beschikken over een voedselveiligheidsplan dat gebaseerd is op de HACCP (Hazard Analysis and Critical Control Points) systematiek.
Voor diverse sectoren zijn in Nederland goedgekeurde hygiënecodes en in België autocontrolegidsen beschikbaar. In Nederland is het voldoende om te werken volgens de hygiënecode die van toepassing is op de sector van je bedrijf. In België is het van belang de autocontrolegids te gebruiken om je eigen voedselveiligheidsplan op te stellen. De gids omvat de minimale eisen waaraan moet worden voldaan. Enkel zeer kleine bedrijven hebben in België toestemming om de gids te gebruiken als hun eigen voedselveiligheidsplan ( modaliteiten hiervoor zijn vastgelegd in de betrokken gidsen).
Ga altijd goed na of je bedrijf en de activiteiten binnen de scope van de hygiënecode of de gids vallen. Of je nu met een eigen voedselveiligheidsplan of een hygiënecode werkt, je moet altijd voldoen aan de 7 basisprincipes van HACCP. Het doel van HACCP is om mogelijke gevaren die een negatief effect kunnen hebben op de veiligheid van voedingsmiddelen te identificeren, analyseren en evalueren.
Neem contact op met onze Commercieel Manager Peter Zirkzee
In de Codex Alimentarius van de World Health Organisation zijn de 7 basisprincipes van HACCP beschreven:
Door te voldoen aan de 7 basisprincipes van HACCP (door het volgen van een eigen voedselveiligheidsplan of door te werken volgens een goedgekeurde hygiënecode of autocontrolegids) kan je de kans verlagen dat consumenten ziek worden of ongemak ondervinden na het eten of drinken van een product dat van jouw bedrijf afkomstig is. Maar hoe weet je nu of er voor jouw bedrijf een hygiënecode of gids beschikbaar is?
Bekijk een actueel overzicht van goedgekeurde hygiënecodes op de website van de NVWA. Zie onderstaand enkele voorbeelden van hygiënecodes:
Let op dat je bedrijf en bedrijfsactiviteiten binnen de scope van de hygiënecode moeten vallen. Laat je bij twijfel altijd informeren door een expert.
Bekijk het overzicht van specifieke tools voor de autocontrole per activiteitensector op de website van FAVV. Voor de sector B2C kan je de beschikbare gidsen downloaden op de website van FAVV; andere gidsen moeten aangekocht worden via de sectororganisaties. Enkele voorbeelden van sectoren waarvoor een autocontrolegids beschikbaar is:
Er zijn ook een aantal generieke delen beschikbaar van toepassing op diverse sectoren. Let er op ook deze na te kijken en waar nodig te implementeren o.a.:
Als voor de sector waarin jouw bedrijf opereert geen hygiënecode of autocontrolegids beschikbaar is, dan is het noodzakelijk zelf een voedselveiligheidsplan op te stellen. In Nederland controleert de NVWA of levensmiddelen- en diervoederbedrijven voldoen aan de wet- en regelgeving. In België gebeurt dit door de FAVV. Hierbij wordt ook gecontroleerd of jouw voedselveiligheidsplan aan de eisen voldoet.
Afnemers, zoals supermarkten, vereisen vaak dat je naast de wetgeving aan aanvullende eisen voldoet. Daarom zijn veel bedrijven gecertificeerd voor de BRCGS, IFS of FSSC 22000 norm. In deze norm worden niet alleen eisen gesteld voor voedselveilig werken, maar ook voor andere belangrijke aspecten, zoals betrokkenheid van het management, opleiding van medewerkers, voedselfraude, Food Safety Culture en food defense. Om een certificaat te behalen moeten je voedselveiligheidsplan en de implementatie hiervan voldoen aan de eisen uit de betreffende norm.
We helpen je graag bij het opstellen en implementeren van een voedselveiligheidsplan op maat. Zonder zorgen de audit door. Neem contact met ons op.
Dit is een premiumartikel. Premiumartikelen maken deel uit van het Normec Foodcare Kenniscentrum abonnement. Alle kennis en ervaring vanuit elke expertise komt samen in de Kennisbank. Je vindt hier alle relevante informatie over diverse productgroepen en wetgeving. Benieuwd? Lees wat het Normec Foodcare Kenniscentrum jou kan bieden.
Verpakkingen spelen een belangrijke rol bij het veilig distribueren van producten in de huidige samenleving en toeleveringsketens. Met een verbruik van ongeveer 40% plastic en 50% papier in Europa is de verpakkingssector een grootverbruiker van materialen. Verpakkingen hebben veel milieueffecten, terwijl ze in het huidige bevoorradingssysteem ook een aanzienlijke kostenpost vertegenwoordigen. In dit artikel leggen we de focus op verpakkingsarme distributie. Waar liggen vanuit Europa de aandachtspunten? Welke mogelijkheden en hindernissen ervaren de industrie en retail sector? Ook doen we een greep uit initiatieven die reeds zijn geïntroduceerd.
Vanuit de Europese Commissie worden initiatieven genomen om lidstaten te motiveren om de levensmiddelenindustrie in beweging te brengen tot terugdringen van milieubelastende verpakkingsmaterialen. Zo kent het Europese Green Deal initiatief o.a. de richtlijnen rond de Single Use Plastics (SUP’s) waarbij er o.a. aangegeven wordt dat de consument op bepaalde plaatsen zijn eigen verpakking mag meenemen om te laten vullen. Ook heeft het Europees Parlement gepleit voor een verhoging van het aandeel hergebruik tot 10% in 2030.
Door de wildgroei aan labels welke te maken hebben met duurzaamheid, wordt er vanuit de EU gewerkt aan een uniform label. Er bestaat reeds een Europees ‘Eco label’, echter kan dit label niet aan een voedingsmiddel worden toegekend. Daar hoopt de EU dus binnenkort verandering in te brengen. Hierop vooruitlopend heeft bijvoorbeeld de Belgische Colruyt Group de ‘Eco score’ geïntroduceerd. Een A t/m E score wordt daarbij toegekend op basis van verschillende factoren met betrekking tot het milieu. Een van die factoren is de aan- of afwezigheid van en de duurzaamheid van verpakking.
Vlaanderen heeft het ‘Green deal anders verpakt’ initiatief. Een Green Deal met focus op preventie en hergebruik van verpakkingen. Een ruime groep deelnemers heeft zich aangemeld, van producenten als Coca-Cola en Nestlé tot retailers als Delhaize en Colruyt. Dankzij het Green Deal-instrument kunnen door de ketensamenwerking proefprojecten op grotere schaal tot stand komen.
Ook in Nederland bestaan Green Deals initiatieven, dit zijn afspraken tussen de Rijksoverheid en andere partijen. Die andere partijen zijn bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden. De Green Deal helpt om duurzame plannen uit te voeren. Bijvoorbeeld voor energie, klimaat, water, grondstoffen, biodiversiteit, mobiliteit, biobased economy, bouw en voedsel. Subsidies kunnen hiervoor aangevraagd worden.
Naast deze Green Deals hebben Nederlandse supermarkten als Jumbo en Albert Heijn zichzelf doelen gesteld om duurzamer te zijn. Zo wil Jumbo 20% minder verpakkingsmaterialen ten opzichte van 2019 en Albert Heijn wil in 2025 twintig miljoen kilo minder verpakkingsmateriaal gebruiken.
De hoeveelheid verpakkingsmateriaal is de afgelopen jaren gegroeid, onder meer veroorzaakt door vraag naar verhoogd gemak. Echter zien we wel dat een steeds breder publiek begint open te staan voor initiatieven waarbij milieueffecten beperkt worden. Dit doet vermoeden dat wanneer het juiste platvorm gecreëerd wordt voor de consument, waarbij efficiëntie, gebruiksgemak en kwaliteitsbeleving behouden blijven, de consument bereid zou zijn om over te stappen. We zien al een aantal initiatieven waarbij de consument eigen verpakking kan gebruiken. Echter blijft het tot nu toe nog vaak bij versnipperde of lokale initiatieven.
Aangezien het grote merendeel van de consumenten zich het gemak van ‘one-stop shopping’ niet meer kunnen of willen laten ontnemen, liggen er grote uitdagingen én kansen voor de retail en de toeleverende industrie om hierop in te spelen. Daarbij komt dat het een marketingtool kan zijn om in te spelen op de steeds groter wordende groep milieubewuste consumenten.
Herbruikbare verpakkingsvormen zijn van oudsher in veel toepassingen gebruikt en zijn nog steeds te vinden, zowel in B2B (kratten, pallets, etc.) als in B2C (bierflesjes, PET flessen, etc.). In de afgelopen decennia zien we echter een trend van herbruikbare verpakkingen naar eenmalig gebruik. Bijvoorbeeld in Nederland waar zuivelproducten in glazen flessen werden aangeboden en deze nu vervangen zijn door wegwerppakken.
Om deze trend te draaien zijn er, naast de systemen uit het verleden, ook weldoordachte nieuwe systemen nodig. Goed ontworpen systemen om bij te vullen of te hergebruiken kunnen met succes leiden tot materiaalbesparing. Bijvoorbeeld het bijvullen van zakjes voor wasmiddelen vertegenwoordigen in Japan 80 tot zelfs 98% van de markt voor sommige merken (Kao Group, Japan).
In de praktijk zullen de effecten afhangen van het ontwerp en de uitvoering van herbruikbare verpakkingssystemen. Overstappen op herbruikbare verpakkingen kan echter ook negatieve gevolgen hebben; door toegenomen transportbewegingen of milieubelastende productie- of schoonmaaktechnieken kan het zomaar zo zijn dat het zijn doel voorbijschiet. Gedegen onderzoek zal dus steeds nodig zijn om de haalbaarheid en duurzaamheid helder te krijgen.
De voorbeelden laten zien dat de verandering van eenmalige naar herbruikbare verpakkingen een wijziging in de toeleveringsketen kan betekenen door de introductie van retourlogistiek (behalve bijv. voor navulsystemen die gebaseerd zijn op navulsystemen door de eindverbruiker).
De retailer kan worden gezien als een trechter voor de productstroom van leverancier naar consument. Aangezien de retailer zich voor bepaalde retourstroom producten zal moeten herinrichten en hiervoor arbeid en tijd zal moeten investeren hangt de beste oplossing af van hoe de logistiek is geregeld met de leverancier en retailer locaties.
De herinrichting van de detailhandel door middel van thuisbezorging biedt nieuwe manieren van distributie en dus van verpakking.
Je las een premiumartikel van het Normec Foodcare Kenniscentrum. Smaakt het naar meer? Bekijk dan de mogelijkheden van het Kenniscentrum abonnement. Hiermee heb je direct toegang tot alle kennis.
Door bundeling van alle expertises helpt Normec Foodcare met allerhande vraagstukken en oplossingen op het gebied van procesbeheersing, kwaliteit en voedselveiligheid, laboratoriumonderzoek, smaaktesten, QA-automatisering, flexibele inzet van kwaliteitsmanagers en keurmeesters, opleidingen en trainingen, risicomanagement en etiketcontrole.
Wil u meer weten? Neem contact met ons op.
Ben jij enthousiast over deze e-learning module? Bekijk dan de andere e-learning modules en trainingen in ons aanbod. Natuurlijk kan je ons ook altijd bellen voor een adviesgesprek, we horen graag van je!