Op 1 januari 2022 is er veel veranderd in de Europese regelgeving voor de biologische sector door wijzigingen in de bio-wetgeving. De belangrijkste wijzigingen in deze nieuwe verordening betreffen de primaire productie, het gebruik van aroma’s en de etiketteringsregels. Per 1 januari 2022 is de nieuwe bio-wetgeving van toepassing.
De nieuwe bio-wetgeving vervangt drie verordeningen: Verordening (EG) nr. 834/2007 met de basiswetgeving, Verordening (EG) nr. 889/2008 inzake productieregels en Verordening (EG) nr. 1235/2008 met de import- en exportregels. Oorspronkelijk zou de nieuwe bio-verordening van toepassing zijn vanaf 1 januari 2021, maar door de COVID-19 crisis is deze datum een jaar opgeschoven. Dit geldt ook voor veel andere (overgangs)data genoemd in de verordening (Verordening (EU) nr. 2020/1693).
Op het gebied van primaire productie is de scope uitgebreid met een aantal nieuwe productiegroepen zoals zout, kurk, essentiële oliën en wijnbladeren. Ook de diergroepen zijn uitgebreid met onder andere herten, konijnen en insecten. De productieregels van deze nieuwe groepen zijn nog in ontwikkeling en worden kenbaar gemaakt via gedelegeerde verordeningen en uitvoeringsverordeningen. Ook zijn er wijzigingen doorgevoerd in de productie en verwerking van de biologische producten, zoals het reguleren van de schoonmaakmiddelen en het opstellen van massa-balansen.
Voor producenten van biologische producten wordt het gebruik van natuurlijke aroma’s strikter geregeld. De nieuwe verordening geeft twee opties: gebruik van aroma’s geschikt voor gebruik in biologische producten en het gebruik van biologische aroma’s.
Aroma’s zijn geschikt voor gebruik in biologische producten als ze geëtiketteerd kunnen worden volgens Verordening (EG) nr. 1334/2008 artikel 16, lid 4, bijvoorbeeld ‘natuurlijk aardbei aroma’. In de huidige bio-verordening mogen ook aroma’s die geëtiketteerd worden volgens Verordening (EG) nr. 1334/2008 artikel 16, lid 5 (bijv. ‘natuurlijk aardbei aroma met andere natuurlijke aroma’s’) en 6 (bijv. ‘natuurlijke aroma’s’) gebruikt worden in biologische producten.
In de nieuwe bio-verordening worden deze aroma’s gezien als niet-biologische landbouwingrediënten waarvan maximaal 5% in een biologisch product gebruikt mag worden.
Als aroma’s inclusief de dragers en alle aromatiserende bestanddelen geproduceerd worden volgens de biologische productiemethodes, mogen deze als biologisch gekarakteriseerd worden. In dat geval vallen deze biologische aroma’s onder de biologische landbouwingrediënten en niet onder de ‘maximaal 5% regel’.
De mogelijkheden voor het vermelden van het land van oorsprong van ingrediënten worden uitgebreid. Als meer dan 95% van de ingrediënten van een product uit een bepaald land of een bepaalde streek komt, kan dit land of deze streek benoemd worden in de oorsprongsvermelding. In de huidige wetgeving mag dit pas indien meer dan 98% van de ingrediënten uit het betreffende land komen. In de huidige wetgeving is het niet mogelijk om een streek als oorsprongsvermelding te gebruiken.
Een andere wijziging voor producenten van biologische producten heeft betrekking op het etiketteren van de producten. Bij producten die minder dan 95% biologische ingrediënten bevatten, mag in de benaming niet naar de term ‘biologisch’ verwezen worden maar mogen de betreffende biologische ingrediënten wel in de ingrediëntenlijst als biologisch gekenmerkt worden, mits aan de biologische productievoorschriften wordt voldaan. In de huidige verordening is het niet mogelijk om te verwijzen naar biologische ingrediënten als het product minder dan 95% biologische ingrediënten bevat.
Als je biologische producten wilt verkopen, moet je kwaliteitssysteem aan specifieke eisen voldoen. Onze QA adviseurs helpen je bij iedere stap, zoals het aanpassen van je kwaliteitssysteem, implementatie van nieuwe procedures en de voorbereiding en begeleiding van de externe audit. Neem contact met ons op en wij helpen je graag.